Aftrek voorbelasting verhuurde verdieping woning

Home/Omzetbelasting/Aftrek voorbelasting verhuurde verdieping woning

Geplaatst op 25 juli 2019

netjes bureau

De Belastingdienst corrigeerde de eerder verleende teruggaven omzetbelasting door het opleggen van een naheffingsaanslag. De correctie had betrekking op de aftrek van voorbelasting in verband met de belaste verhuur van een deel van de woning. De Belastingdienst nam het standpunt in dat de verhuurders de woning na oplevering geheel voor privédoeleinden in gebruik hebben genomen. De verhuur van een deel van de woning is op een later moment ingegaan. Omdat de woning pas later is aangewend voor een economische activiteit kon op dat latere moment niet alsnog aanspraak worden gemaakt op aftrek van voorbelasting. Volgens de verhuurders is de intentie altijd geweest om een deel van de woning te verhuren. Tussen de oplevering van de woning en de ingangsdatum van de verhuur is de betreffende verdieping gereed gemaakt voor gebruik als kantoor ten behoeve van de huurder.

Volgens vaste rechtspraak van het Hof van Justitie EU is voor het recht op aftrek van voorbelasting bepalend of de ondernemer een investeringsgoed heeft verworven met het voornemen om een economische activiteit uit te oefenen. Dat voornemen moet door objectieve factoren bevestigd worden. Voor het recht op aftrek van voorbelasting is niet van belang of het investeringsgoed onmiddellijk is gebruikt voor belaste handelingen. Het daadwerkelijke gebruik is bepalend voor de omvang van de aftrek of voor de eventuele herziening daarvan, maar is niet van invloed op het ontstaan van het recht op aftrek.

Hof Arnhem-Leeuwarden kwam op basis van de overgelegde bescheiden tot de conclusie dat de verhuurders van meet af aan de intentie hebben gehad om de verdieping belast te verhuren en dat aan deze intentie direct en volledig uitvoering is gegeven. De inspecteur heeft de voorbelasting ten onrechte nageheven. Er is geen sprake van een wijziging van gebruik of bestemming ten tijde van de oplevering van de woning.

Deel dit bericht

Bel voor meer informatie

0412 – 45 90 00

of wij bellen u

Gerelateerde berichten

  • Intracommunautaire verwerving auto door particulier

    Een particulier, die in een andere lidstaat van de EU een nieuwe auto koopt, verricht in zijn woonland voor de omzetbelasting een intracommunautaire verwerving. Een auto is nieuw als deze binnen zes maanden na de eerste ingebruikname aan hem wordt

  • Wetsvoorstel implementatie BTW-tarievenrichtlijn

    Op 5 april 2022 heeft de Raad van de Europese Unie de BTW-tarievenrichtlijn vastgesteld. De BTW-tarievenrichtlijn wijzigt de BTW-richtlijn 2006. De BTW-tarievenrichtlijn verplicht de lidstaten om twee onderdelen in de nationale wet in te voeren. Het

  • Sloopauto’s verkocht onder margeregeling

    Ondernemers, die gebruikte goederen verkopen, kunnen de margeregeling voor de omzetbelasting toepassen. Voorwaarde is dat de goederen worden ingekocht van een niet-belastingplichtige voor de omzetbelasting of onder toepassing van de margeregeling

Geplaatst op 25 juli 2019

De Belastingdienst corrigeerde de eerder verleende teruggaven omzetbelasting door het opleggen van een naheffingsaanslag. De correctie had betrekking op de aftrek van voorbelasting in verband met de belaste verhuur van een deel van de woning. De Belastingdienst nam het standpunt in dat de verhuurders de woning na oplevering geheel voor privédoeleinden in gebruik hebben genomen. De verhuur van een deel van de woning is op een later moment ingegaan. Omdat de woning pas later is aangewend voor een economische activiteit kon op dat latere moment niet alsnog aanspraak worden gemaakt op aftrek van voorbelasting. Volgens de verhuurders is de intentie altijd geweest om een deel van de woning te verhuren. Tussen de oplevering van de woning en de ingangsdatum van de verhuur is de betreffende verdieping gereed gemaakt voor gebruik als kantoor ten behoeve van de huurder.

Volgens vaste rechtspraak van het Hof van Justitie EU is voor het recht op aftrek van voorbelasting bepalend of de ondernemer een investeringsgoed heeft verworven met het voornemen om een economische activiteit uit te oefenen. Dat voornemen moet door objectieve factoren bevestigd worden. Voor het recht op aftrek van voorbelasting is niet van belang of het investeringsgoed onmiddellijk is gebruikt voor belaste handelingen. Het daadwerkelijke gebruik is bepalend voor de omvang van de aftrek of voor de eventuele herziening daarvan, maar is niet van invloed op het ontstaan van het recht op aftrek.

Hof Arnhem-Leeuwarden kwam op basis van de overgelegde bescheiden tot de conclusie dat de verhuurders van meet af aan de intentie hebben gehad om de verdieping belast te verhuren en dat aan deze intentie direct en volledig uitvoering is gegeven. De inspecteur heeft de voorbelasting ten onrechte nageheven. Er is geen sprake van een wijziging van gebruik of bestemming ten tijde van de oplevering van de woning.

Bron: Hof Arnhem-Leeuwarden | jurisprudentie | ECLINLGHARL20195043, 18/00464 tot en met 18/00470 | 25-07-2019

Deel dit bericht

Bel voor meer informatie

0412 – 45 90 00

of wij bellen u

Gerelateerde berichten

  • Intracommunautaire verwerving auto door particulier

    Een particulier, die in een andere lidstaat van de EU een nieuwe auto koopt, verricht in zijn woonland voor de omzetbelasting een intracommunautaire verwerving. Een auto is nieuw als deze binnen zes maanden na de eerste ingebruikname aan hem wordt

  • Wetsvoorstel implementatie BTW-tarievenrichtlijn

    Op 5 april 2022 heeft de Raad van de Europese Unie de BTW-tarievenrichtlijn vastgesteld. De BTW-tarievenrichtlijn wijzigt de BTW-richtlijn 2006. De BTW-tarievenrichtlijn verplicht de lidstaten om twee onderdelen in de nationale wet in te voeren. Het

  • Sloopauto’s verkocht onder margeregeling

    Ondernemers, die gebruikte goederen verkopen, kunnen de margeregeling voor de omzetbelasting toepassen. Voorwaarde is dat de goederen worden ingekocht van een niet-belastingplichtige voor de omzetbelasting of onder toepassing van de margeregeling

Ga naar de bovenkant