Geplaatst op 6 oktober 2022
Op grond van de Algemene Wet inzake Rijksbelastingen kan de inspecteur een boete opleggen aan een belastingplichtige die opzettelijk geen aangifte heeft gedaan voor een belasting die bij wege van aanslag wordt geheven.
Er is pas sprake van het niet doen van aangifte nadat de betrokkene:
- is uitgenodigd tot het doen van aangifte,
- de termijn daartoe heeft laten verstrijken, en
- de aangifte ook na aanmaning door de inspecteur niet heeft ingediend.
Dit betekent dat de inspecteur geen vergrijpboete voor het niet doen van aangifte kan opleggen als hij de betrokkene niet eerst op de voorgeschreven wijze heeft aangemaand om aangifte te doen. Volgens de Hoge Raad is dat ook niet mogelijk als de betrokkene wist dat hij verplicht was om aangifte te doen en hij de aangifte opzettelijk niet heeft gedaan binnen de termijn die is gesteld in de uitnodiging tot het doen van aangifte.
Deel dit bericht
Bel voor meer informatie
0412 – 45 90 00
of wij bellen u
Gerelateerde berichten
Persoonlijke omstandigheden en openheid van zaken leiden tot lagere boete
Een man kreeg vergrijpboetes opgelegd in verband met ten onrechte in aftrek gebrachte alimentatiebetalingen in zijn belastingaangiften over 2019 en 2020. Na een verzoek om informatie door de Belastingdienst bleek dat hij ook nadat de
Bekendmaking belastingaanslagen aan ontbonden rechtspersoon
In de Invorderingswet 1990 is bepaald dat de ontvanger een belastingaanslag bekendmaakt door verzending of uitreiking van het door de inspecteur opgemaakte aanslagbiljet. In afwijking hiervan kan de ontvanger een belastingaanslag ten name van een
Was de inspecteur te laat met een navorderingsaanslag?
Een belastingplichtige heeft over 2016 geen aangifte inkomstenbelasting ingediend. De inspecteur legt binnen de reguliere aanslagtermijn geen aanslag op, maar legt wel binnen de navorderingstermijn een navorderingsaanslag op. De belastingplichtige