Geplaatst op 15 augustus 2024

De rechtbank Amsterdam heeft in drie zaken het ingestelde beroep niet-ontvankelijk verklaard omdat de geldigheid van de machtiging was verstreken. Het beroep is volgens de rechtbank ingediend door iemand die daartoe niet is gemachtigd.

Hof Amsterdam heeft de uitspraak van de rechtbank vernietigd. Wanneer bij het instellen van beroep geen schriftelijke machtiging is overgelegd, stelt de rechter degene, die het beroep heeft ingesteld, in de gelegenheid om alsnog een schriftelijke machtiging over te leggen. Het hof ziet geen aanleiding om anders te handelen in het geval de overgelegde machtiging niet meer geldig is. Dat betekent dat de rechtbank het beroep ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard. De rechtbank dient de zaken alsnog inhoudelijk te behandelen.

Bron: Gerechtshof Amsterdam | jurisprudentie | ECLINLGHAMS20242158, 24/35, 24/36 en 24/37 | 31-07-2024

Deel dit bericht

Bel voor meer informatie

0412 – 45 90 00

of wij bellen u

Gerelateerde berichten

  • Hoger beroep toch op tijd door feestdag

    De termijn voor het indienen van een hoger beroepschrift bedraagt zes weken. Die termijn begint te lopen vanaf de dag na de verzending van de uitspraak van de rechtbank. De Algemene termijnenwet (Atw) bepaalt dat als de laatste dag van een termijn op

  • Verzoek om uitstel is geen bezwaar

    Een schoenenwinkel krijgt te maken met een reeks gemeentelijke belastingaanslagen. De ondernemer vraagt hiervoor eerst uitstel van betaling aan en dient vervolgens een bezwaarschrift in. Hoewel de verzoeken om uitstel tijdig waren ingediend, biedt

  • Strikte termijnen bij bezwaar: een waarschuwing voor belastingplichtigen

    Een recente uitspraak van de rechtbank Zeeland-West-Brabant onderstreept hoe strikt de Nederlandse belastingrechter omgaat met termijnoverschrijdingen. De zaak begint in 2012 wanneer een belastingplichtige een naheffingsaanslag omzetbelasting