Geplaatst op 9 juni 2022

Er geldt een vrijstelling van omzetbelasting voor het verzorgen van onderwijs door scholen en instellingen. Uitgezonderd van de vrijstelling is onderwijs met een vrijetijdskarakter of dat dient om vaardigheden in de persoonlijke levenssfeer te verwerven. Volgens vaste rechtspraak van het Hof van Justitie EU moeten vrijstellingen, als uitzonderingen op de regel dat prestaties in beginsel belast zijn, strikt worden uitgelegd.

Een onderwijsinstelling bood naast haar reguliere onderwijsactiviteiten tegen vergoeding HOVO-cursussen aan. Dat is een vorm van cursorisch onderwijs binnen universiteiten en hogescholen voor iedereen vanaf vijftig jaar. Volgens de rechtbank is dat geen algemeen vormend onderwijs, omdat het onderwijs niet is gericht op de ontwikkeling van een persoon binnen de maatschappij, maar op de ontwikkeling van een persoon op zich. Zoals verweerder terecht heeft gesteld, is aannemelijk dat de HOVO-cursussen gericht zijn op ontwikkeling in de privésfeer. Naar het oordeel van de rechtbank is daarom de vrijstelling van omzetbelasting niet van toepassing op deze cursussen.

In hoger beroep voert de instelling aan dat de voordrachtenvrijstelling van toepassing is. Deze vrijstelling geldt voor voordrachten, die strekken tot bevordering van wetenschap of algemene ontwikkeling en worden verzorgd door publiekrechtelijke lichamen, stichtingen of verenigingen.

Volgens Hof Amsterdam kan een reeks hoorcolleges worden aangemerkt als het geven van ‘een voordracht’. Voor de toepassing van de voordrachtenvrijstelling is niet van belang of het een enkele voordracht of een reeks van voordrachten betreft. Het feit dat een aantal cursussen qua onderwerp en inhoud overeenkomsten vertoont met het reguliere en van btw vrijgestelde onderwijs maakt niet dat de voordrachtenvrijstelling niet zou kunnen worden toegepast. Volgens het hof is niet van belang dat in een aantal gevallen cursusmateriaal ter voorbereiding op de in de voordrachten behandelde stof wordt aangeboden. Het cursusmateriaal is bedoeld om de voordrachten toegankelijker en aantrekkelijker te maken. De mogelijkheid voor cursisten om vragen te stellen tijdens de hoorcolleges ontneemt daaraan niet het karakter van een voordracht.

Het hof is van oordeel dat de HOVO-cursussen zijn vrijgesteld van omzetbelasting op grond van de voordrachtenvrijstelling.

Bron: Gerechtshof Amsterdam | jurisprudentie | ECLINLGHAMS20214424, 20/00707 | 06-12-2021

Deel dit bericht

Bel voor meer informatie

0412 – 45 90 00

of wij bellen u

Gerelateerde berichten

  • Portemonneevrij pauzedrankje belast tegen laag btw-tarief

    Een theater biedt de bezoekers in de pauze een alcoholhoudend drankje aan. De vraag is of het alcoholhoudende drankje belast is met het algemene btw-tarief van 21% of het verlaagde tarief van 9%. De inspecteur is van mening dat het alcoholhoudende

  • Eigen bijdrage personeelsvoorziening en drempelbedrag BUA

    Ondernemers voor de omzetbelasting hebben recht op aftrek van de omzetbelasting die door andere ondernemers in rekening wordt gebracht. Het recht op aftrek is beperkt tot goederen en diensten die de ondernemer gebruikt voor met omzetbelasting belaste

  • Uitzondering op vrijgestelde verhuur voor vakantievilla

    De verhuur van onroerende zaken is vrijgesteld van omzetbelasting. Er geldt een uitzondering op deze vrijstelling voor de verhuur in het kader van het hotel-, pension-, kamp- en vakantiebestedingsbedrijf aan personen, die daar slechts voor een korte